Een maand ondergedompeld in de natuur van Botswana

In juni begonnen we aan een reis die al langer op onze wenslijst stond. Na een lange vlucht naar Johannesburg stapten we in onze gehuurde Hilux en reden we de grens over naar Botswana; een land waar de natuur nog de baas is. Wat volgde was een maand vol verwondering: slapend onder sterrenhemels zonder lichtvervuiling, gewekt worden door het gebrul van een leeuw en rijden over zandwegen waar de dieren het verkeer bepalen.

Op deze pagina delen we onze mooiste herinneringen, ontmoetingen met het wild en het leven op het ritme van dit mooie Afrikaanse land.

30  –  31 Mei :   Leopoldsburg - Dubai - Johannesburg - Bushfoot campsite

Op de ochtend van 30 mei vertrokken we vanuit Leopoldsburg, rugzakken vol verwachtingen en een gezonde dosis spanning. Met de trein reden we richting Zaventem, waar onze vlucht met Emirates ons via Dubai naar Johannesburg zou brengen. Voor we het vliegtuig opzochten hebben we wel nog even genoten van onze laatste Westmalle 🤭.

Aankomst in Johannesburg
De 1ste juni, rond de middag landden we uiteindelijk in Johannesburg, moe maar vol verwachtingen. Aan de uitgang van de luchthaven werden we opgewacht door een medewerker van het verhuurbedrijf, klaar om ons onze trouwe reisgezel voor de komende maand te overhandigen: een Toyota Hilux. Maar voor we mochten vertrekken, kregen we eerst nog een uitgebreide uitleg over het gebruik van de krik, het kampeermateriaal, de daktent en alle andere praktische zaken. 

Op weg naar onze eerste overnachting - Bushfoot camping.
Onze eerste stop werd een bezoek aan de supermarkt. Veel tijd hadden we daarvoor niet. Er wachtte ons immers nog een rit van 171 kilometer, en het was al voorbij 14u30. Dus: rap een winkelkar nemen, lijstje in het hoofd en in sneltempo door de gangen. Tegen 15u30 reden we met een volle frigo en de nodige proviand de parking af.

Links rijden… dat was toch weer effe wennen. En het verkeer werkte niet bepaald mee. Terwijl we ons een weg baanden door de drukte, zagen we de zon langzaam zakken. We zitten hier nu in het winterseizoen  en rond 18u is het gewoon écht donker. s' Nachts rijden, op onbekende wegen, met een vreemde auto, is niet bepaald ontspannend te noemen, maar we hadden geen andere keuze. Iets voor zeven bereikten we uiteindelijk de campsite. De vriendelijke eigenaar stond ons al op te wachten en hielp ons met installeren. Hij zorgde ervoor dat we nog konden genieten van een warme douche. Wat een verademing na zo’n lange dag. Lang hebben we het die avond ook niet meer volgehouden. De vemoeidheid zat in ons lijf door de lange vlucht, het wennen aan het verkeer, de stress om voor het donker aan te komen....

Maar wanneer we eindelijk in onze daktent liggen, moe maar voldaan, viel alles helemaal stil, of toch niet helemaal, want echt stil wordt het hier nooit in Afrika :-)

01 Jun :   Bushfoot - Gabarone - Mokolodi campsite

Na een toch wel behoorlijk frisse nacht, waren we al vroeg wakker. De eerste ochtendrituelen verliepen wat stroef: een scheerbeurt na twee dagen onderweg, is niet bepaald een verwenmoment. Na deze kleine marteling en een eenvoudig ontbijtje, waren we klaar voor het volgende hoofdstuk: de grensovergang naar Botswana.

Die bereikten we al in de vroege namiddag. Alles verliep vlot en voor we het goed en wel beseften stonden we op Botswaanse bodem. 

In Gaborone deden we nog wat extra inkopen en reden tegen de late namiddag richting Mokolodi campsite. Daar liep het even mis: ze konden onze boeking niet direct terugvinden. Even stress, maar uiteindelijk krijgen we het toch geregeld en bereiken we na een korte piste, onze slaapplaats voor de nacht.

We moesten opnieuw de klik maken: hier zijn we te gast in de natuur. Eerst vonden we in de pompbak een kleine schorpioen en ’s avonds trok een flinke troep bavianen voorbij. Veel aandacht schonken ze ons niet, het was alsof wij de passanten waren in hun dagelijkse routine.

02 Jun :   Khutse National Park

Vandaag trokken we naar Khutse, ons eerste Nationaal Park in Botswana. De dag begon met een rit van 230 kilometer over asfalt, met hier en daar een dorpje en uitgestrekte landschappen die steeds droger werden. Daarna nog eens 70 kilometer offroad, over een zware piste vol stof, putten en los zand.

Maar de campsite maakte het gehobbel meer dan de moeite meer waard. De plek lag aan de rand van een kleine zoutpan met een prachtig uitzicht. Terwijl we uitstapten en de benen strekte, zagen we een kleine groep impala's de zoutvlakte oversteken, dat belooft.

We maakten ook kennis met het avontuurlijke toilet op de campsite, niet veel meer dan een gat in de grond met een bril er bovenop, maar het deed wat het moest. 's Avonds steken we ons eerste kampvuurtje aan en doen we een poging om wat vlees te grillen.

03 Jun :  Khutse NP - Kalahari rest lodge

Vandaag moesten we de grootste afstand van onze reis overbruggen, maar liefst 400 kilometer. De eerste 80 kilometer lopen nog door het park, waar we onze eerste oryx, een kudu en enkele gnoe’s spotten.

Na het park was het vooral kilometers maken, want we wilden zeker voor het donker aankomen. Gelukkig waren de asfaltwegen in goede staat, waardoor we vlot konden doorrijden en mooi op tijd aankwamen bij de Kalahari Rest Lodge.

Daar genoten we van ons eerste ‘gamefood’: een heerlijke filet van maar liefst 500 gram. Perfect gebakken en echt gesmaakt 😋

04 Jun:  Kgalagadi NP

Het koelt opnieuw flink af – deze keer zelfs tot tegen het vriespunt. Gelukkig kunnen we ons opwarmen met een warme douche, dankzij de opgestookte ‘donkey’.

Voor de komende twee dagen staat het Kgalagadi Nationaal Park op het programma. Maar eerst moeten we er geraken: een rit van 267 kilometer, waarvan de helft over zandpiste. Die is op sommige stukken best pittig, maar al bij al goed te doen.

Rond 15 uur bereiken we de ingang van het park. Vanaf daar is het nog een kleine 30 kilometer piste tot aan onze campsite. Die ligt prachtig, met uitzicht op een uitgestrekte zoutpan. We krijgen nog onverwacht bezoek van een paar nieuwsgierige parelhoenen, duidelijk op zoek naar wat etensrestjes 😄

05 Jun :  Steenkoud ontwaken in de Kalahari

Het was ijskoud vannacht – we schatten zo’n min 3 à 4 graden. Zelfs het flesje water in onze tent is bevroren. Het kost dan ook wat overtuigingskracht om uit de warme slaapzak te kruipen, maar de zonsopkomst en het adembenemende uitzicht maken veel goed.

Na wat opwarmen en een stevig ontbijt trekken we opnieuw het park in voor een verkenningstocht. Onderweg spotten we enkele hartenbeesten, een groep gieren, een coyote en een wel héél nieuwsgierige vogel die ons een tijdje blijft volgen 🙂.

Terug op de campsite wagen we ons aan een nieuw avontuur: ons eerste kampvuurbrood bakken. Spannend én gezellig tegelijk en ik moet zeggen, voor een eerste keer zeker niet slecht gelukt.

06 Jun:  Kgalagadi NP - Kalahari rest lodge

Onze laatste ochtend in het Kgalagadi Nationaal Park begint met een paar verwoede pogingen om de kleurrijke vogeltjes te fotograferen. Met wisselend succes, maar het blijft leuk om te proberen.

We verlaten het park via dezelfde zanderige weg als bij aankomst. Op sommige stukken is het echt ploeteren, maar met lage bandendruk lukt het ons om er zonder al te veel problemen doorheen te raken.

Onze eindbestemming vandaag is opnieuw de Kalahari Rest Lodge, waar we ons ’s avonds weer laten verwennen met een heerlijk stukje vlees. Een vertrouwde plek, en een fijne afsluiter van een dag vol stof vreten.

07 Jun:  Overgangsdag richting Ghanzi

Vandaag is een echte overgangsdag: we laten de Kalahari Rest Lodge achter ons en rijden richting Ghanzi, een middelgroot stadje in Botswana.

In Ghanzi vullen we onze voorraden weer aan – altijd fijn om na een paar dagen in de natuur een goed gevulde winkel tegen te komen. We tanken de auto vol aan een democratische prijs van €1,08 per liter 👍.

We wagen ook opnieuw een poging om geld uit de automaat te halen. De vorige twee keren werden onze kaarten telkens geweigerd, wat stilaan voor wat stress begon te zorgen. Gelukkig lukt het hier wél, en dat is een hele opluchting – anders zaten we met een klein probleem…

Overnachten doen we op een kleine campsite, niet ver van het centrum. Rustig, eenvoudig, maar met alles wat we nodig hebben.

08 Jun :  Central Kalahari National Park Dag 1

Vier dagen in Central Kalahari NP staan op het programma.
We doorkruisen het park van west naar oost. De eerste dag is het flink doorrijden om onze overnachtingsplaats op tijd te bereiken. De piste is heel zanderig, maar goed te doen. Tegen de vroege namiddag bereiken we de ingang van het park, en dan staan er nog eens 70 km piste tot aan de campsite op het menu. Die kilometers verlopen wat minder vlot: heel veel wasbordpiste, waarbij letterlijk alles uit elkaar lijkt te rammelen. Tegen 17 uur bereiken we eindelijk onze campsite. We hebben nog een klein uurtje de tijd om tot aan een zoutpan te rijden, waar we enkele kudu’s en struisvogels spotten.

09 Jun :  Central Kalahari National Park Dag 2

Op dag twee trekken we verder door het Central Kalahari Game Reserve, met een traject van ongeveer zeventig kilometer voor de boeg. Het landschap blijft indrukwekkend, maar qua wildleven is het een stille dag. ’s Morgens spotten we nog een paar struisvogels en enkele Kori-trappen, maar daarna rijden we door dichte begroeiing, waar het haast onmogelijk is om dieren te zien.

Geduld is vandaag het sleutelwoord. Urenlang turen we naar het struikgewas, hopen we op beweging, maar we krijgen geen wild te zien. Gelukkig verandert dat in de laatste kilometers van de rit: de begroeiing wordt minder dicht en maakt plaats voor een open steppelandschap.

En dan, plots, verschijnen onze eerste giraffen. Nieuwsgierig steken ze hun lange nekken boven het struikgewas uit. Een prachtig moment dat de dag in één klap goedmaakt.

’s Avonds maken we het gezellig rond het kampvuur. We bakken de twee ‘boereworsten’ die we eerder bij een lokale slager hebben gekocht. Onder een uitgestrekte sterrenhemel genieten we van een eenvoudige, maar heerlijke maaltijd.

10 Jun :  Central Kalahari National Park Dag 3

Vandaag was een absolute topdag. We zijn nog maar net vertrokken of we spotten al onze eerste oryx – een prachtig begin dat meteen de toon zet voor een dag vol dieren. Van de allerkleinsten tot aan de majestueuze giraffen, het lijkt alsof de hele Kalahari zich vandaag laat zien.

De campsite treffen we helaas in minder goede staat aan. Ik heb nog even werk om de hudo weer in een acceptabele toestand te krijgen – niet het leukste klusje, maar het hoort erbij.

’s Avonds bakken we opnieuw een broodje, en deze keer leggen we het resultaat vast op foto. 🙂

11 Jun :  Central Kalahari National Park Dag 4

Leeuwen zoeken, stof happen en wasdag

We maken nog een kleine lus in het park in de hoop de leeuwen te vinden die in dit deel zouden zijn gespot, maar helaas: geen spoor van hen. We zullen nog wat geduld moeten hebben. 🙂

Door het droge klimaat zijn vrijwel alle planten hier voorzien van stevige doorns. Bij de minste aanraking blijven ze in je kleding of huid haken. Het heeft ons al meerdere gaten in onze kleren én pijnlijke wonden aan onze handen bezorgd. 🤐

In de vroege namiddag bereiken we de East Gate. De eerste 30 kilometer tot aan de openbare weg verlopen vlot, maar de laatste tien zijn een uitdaging: diepe sporen en fijn zand dat tot in elke kier kruipt. We moeten flink ploeteren om erdoor te geraken en raken meermaals met de bodem van onze jeep de grond. Achteraf zit het stof werkelijk overal – we hebben nog flink wat werk om alles weer schoon te krijgen.

Op de camping maken we dankbaar gebruik van het droogrek om onze kleren uit te wassen. Het was nodig. 😋

12 – 13 Jun :  Khumaga — Maun

Droogte aan de Boteti en zebra’s in beweging

Ook al ligt het regenseizoen nog maar een dikke maand achter ons, het is vooral de droogte die hier opvalt. We verblijven op de Camelthorn Camping, gelegen langs de Boteti-rivier – of wat daar nog van overblijft. Hier en daar zijn nog enkele kleine poelen te vinden, waar dieren verkoeling zoeken of komen drinken.

Het is hier dat we onze eerste nijlpaarden en olifanten spotten. Vooral de nijlpaarden liggen letterlijk op elkaar gepakt, op slechts een paar vierkante meter. En dan moet de echte droogte nog beginnen…

De volgende dag trekken we naar het Makgadikgadi Nationaal Park, waar de zebramigratie in volle gang is. Honderden dieren trekken in lange rijen door het landschap – een indrukwekkend schouwspel dat de uitgestrektheid van deze regio nog eens extra onderstreept.

Voorraad aanvullen in Maun

In Maun, de tweede grootste stad van Botswana, vullen we onze voorraden nog eens goed aan en tanken we de jeep volledig vol. De komende vijf dagen komen we immers niets meer tegen – geen winkels, geen tankstations. Alles wat we nodig hebben, moet nu mee.

Op de camping laten we ons ’s avonds nog eens verwennen in het restaurant. Een warme maaltijd, een koud drankje en even genieten van wat comfort, voor we weer ons volgende nationaal park intrekken.

14 Jun :  Maun — Kaziikine

Vanuit Maun rijden we naar de Kaziikini Campsite, vlak bij de ingang van het Moremi National Park. Ideaal om de volgende ochtend vroeg het park in te trekken. De ligging is prachtig, met een drinkplaats voor olifanten op wandelafstand.

De voorzieningen vallen echter tegen. Veel infrastructuur is beschadigd door olifanten, douches werken niet en het sanitair is deels afgesloten. Voor € 60 per nacht hadden we toch wat meer verwacht.

’s Avonds zien we meerdere olifanten rond de campsite en later zijn we getuige van een gevecht tussen hyena’s – indrukwekkend, maar helaas te donker voor foto’s.

’s Nachts komt een honingdas op zoek naar etensresten. De vuilbakken zijn moeilijk af te sluiten, waardoor we hem meermaals moeten verjagen. Uiteindelijk lukt het om hem weg te houden met een geïmproviseerd deksel van de barbecue.

15 – 16 Jun :  Moremi National Park

Vroeg uit de veren richting Moremi.

We zijn vandaag al héél vroeg uit de veren. Met de Petzl op ons hoofd, breken we in het stikdonker onze daktent af. Tegen zes uur ’s ochtends zijn we al onderweg richting het Moremi National Park. Ons doel: bij zonsopgang aan de poort staan.

Moremi is een van de bekendste en meest geliefde wildparken van Botswana. Het ligt aan de rand van de Okavango Delta, een uniek ecosysteem dat jaarlijks miljoenen liters water ontvangt uit het hoogland van Angola. Die watertoevoer zorgt voor een ongeziene biodiversiteit, met een indrukwekkende variatie aan dieren en planten.

De piste richting het park is verrassend goed berijdbaar. Na een klein uurtje rijden bereiken we de ingang. Wat meteen opvalt, is de droogte. De omgeving oogt dor en stoffig. Het lijkt erop dat de delta nog niet volledig is gevoed door het water uit Angola. Dat heeft duidelijk invloed op het landschap én op de verspreiding van de dieren.

In het zuidelijke deel van het park is het opvallend stil. De meeste dieren lijken zich te hebben teruggetrokken naar het noorden. Daar zien we dan ook de grootste concentraties wild.

Overnachten op de Hippo Pool Campsite: tussen nijlpaarden en olifanten

We verlaten Moremi via de noordelijke gate en rijden richting het dorpje Khwai. Daar hebben we een plekje gereserveerd op de Hippo Pool Campsite en die naam blijkt al snel meer dan terecht. Nog voor we goed en wel geparkeerd zijn, worden we verwelkomd door een groep olifanten die rustig langs de rand van de campsite slentert. Onze kampeerplek ligt pal aan de rivier, en het gebrul van de eerste nijlpaarden klinkt al door de bomen. Wat een plaats!

Het uitzicht is adembenemend. Terwijl we ons kamp opzetten, komt de eigenaar van de camping langs met een extra lading hout voor het kampvuur. “It’s to keep the elephants away", zegt hij met een knipoog. Of het werkt, weten we niet zeker, maar die nacht blijven de olifanten in elk geval op afstand.

’s Ochtends maken we gebruik van de restwarmte van het vuur om pannenkoeken te bakken. Een heerlijke start van de dag, met uitzicht op de rivier en het gezelschap van brullende hippo’s op de achtergrond.

16 Jun :  Khwai Community Camp

Voor we naar onze volgende campsite trekken, brengen we eerst nog een kort bezoek aan het kleine dorpje Khwai. In het lokale winkeltje kopen we wat melk en onderweg stoppen we even bij een groepje kinderen. Ze tonen ons met trots hun zelfgemaakte speelgoedauto’s, vakkundig in elkaar geknutseld met blikjes, touw en veel creativiteit.

Vandaag staat er maar een korte rit op het programma: zo’n 25 kilometer tot aan onze volgende overnachtingsplek, een campsite vlak langs de Khwai-rivier. Ook hier worden we opnieuw verwelkomd door olifanten en horen we al snel het kenmerkende gegrom van nijlpaarden in de buurt. 

Tegen het vallen van de avond trekken we er nog even op uit met onze 4x4, voor een korte verkenning van de omgeving. En met succes: we spotten onze eerste leeuwen! Helaas is het al te donker om goede foto’s te maken,

De volgende ochtend wagen we nog een poging om ze terug te vinden, maar zonder resultaat. Toch worden we niet teleurgesteld: we komen een aantal 4x4’s tegen waarvan de bestuurders ons vertellen dat er iets verderop een luipaard is gespot. Na wat rondrijden vinden we uiteindelijk de plek, uiteindelijk niet moeilijk te herkennen, want er staan minstens vijf safari-jeeps rond verzameld. Het luipaard ligt goed verscholen in het struikgewas, nauwelijks te zien, laat staan te fotograferen. Maar we zijn dolblij dat we zelfs maar een glimp van dit prachtige dier hebben kunnen opvangen.

17 – 19 Jun :  Chobe  Savuti

Savuti – op zoek naar de koning van de bush.

Na Khwai trekken we verder naar een andere iconische bestemming in Botswana: het Chobe National Park. Dit uitgestrekte park is opgedeeld in verschillende regio’s, waarvan Savuti er één is. Hier brengen we twee nachten door, in de hoop leeuwen te spotten.

Savuti staat bekend om zijn ruige landschap en grote concentraties wild. Tijdens onze verkenningen komen we heel wat olifanten tegen, samen met giraffen en verschillende soorten antilopen. Maar het zijn de leeuwen naar waar we op zoek zijn. Elke avond horen we de mannetjes wel brullen, op slechts enkele honderden meters van onze campsite. Spannend, maar ook frustrerend, want zien doen we ze niet.

Twee dagen lang doorkruisen we de regio kriskras met onze 4x4. Maar telkens weer keren we terug zonder succes. En zodra de zon ondergaat, begint het gebrul opnieuw 😔.

Op onze laatste ochtend wagen we nog één ultieme poging, voor we verder trekken naar onze volgende bestemming. En dan, eindelijk, hebben we geluk. We stuiten op een troep van maar liefst twaalf leeuwen, lui uitgestrekt in het gras en genietend van de eerste zonnestralen. Een prachtig moment. We kunnen ze tot op enkele meters naderen; uiteraard veilig vanuit ons voertuig; en blijven zeker een uur staan kijken. 

Het is zo'n ervaring die alles goedmaakt. Savuti heeft ons lang in spanning gehouden, maar uiteindelijk beloond.

20 Jun :  Chobe River Front

Onze volgende stop is het noordoostelijke deel van het Chobe National Park: het Chobe Riverfront. Maar voor we het park binnenrijden, moeten we eerst langs een kleine politiecheckpoint, vlak bij de grens met Namibië. Er staat al een flinke file, dus ik besluit snel even onze route op de GPS te checken. Slecht idee, zo blijkt want wanneer ik weer opkijk, is de rij voor me al verdwenen. De Botswaanse politieagente kan er gelukkig nog om lachen, maar waarschuwt me met een knipoog: “Volgende keer krijg je een boete!” 😉

Deze regio is het drukst bezochte deel van het park, en dat is niet zonder reden. Zodra we het park binnenrijden, worden we meteen omvergeblazen. Het uitzicht over de Chobe-rivier is adembenemend, en de hoeveelheid dieren is overweldigend. Grote kuddes olifanten, impala’s, nijlpaarden, apen - het lijkt wel alsof we een stap terug in de tijd zetten, waar de natuur nog de baas is. Voor ons is dit zonder twijfel een van de absolute hoogtepunten van de reis. 

21 Jun :  Victoria Falls

We hebben nog even getwijfeld of we wel naar de Victoria Falls zouden gaan. Onderweg hadden we al zoveel droogte gezien, dat we ons afvroegen of er überhaupt nog iets van de watervallen te zien zou zijn. Gelukkig besloten we toch door te zetten en daar hebben we geen seconde spijt van gehad. De watervallen worden gevoed door de rivieren uit Angola, en daar heeft het blijkbaar wél flink geregend de afgelopen maanden.

De Victoria Falls bezoek je vanuit Zimbabwe, maar we kiezen ervoor om niet met onze eigen auto te gaan. Zo vermijden we de douaneformaliteiten en extra kosten, wat voor een daguitstap niet echt de moeite is. In plaats daarvan boeken we een taxirit. Om stipt 06:30 uur vertrekken we vanuit onze camping in Kasane. De grens ligt op slechts enkele kilometers en de formaliteiten verlopen vlot. Daarna is het nog zo’n 70 kilometer rijden tot aan de watervallen.

Eenmaal aangekomen starten we de dag met een ontbijtje, met een prachtig uitzicht over de canyon, een voorproefje van wat nog komt. Daarna trekken we het park in om de watervallen te bewonderen. En wat een spektakel! Dit was, samen met Chobe, zonder twijfel een van de absolute hoogtepunten van onze reis. Aan water geen gebrek: we worden meermaals flink nat. We wandelen zo’n drie uur rond en bekijken de watervallen vanuit verschillende uitkijkpunten, de ene al indrukwekkender (en natter) dan de andere.

We maken ook nog een korte wandeling naar het iconische Victoria Falls Hotel, een overblijfsel uit de koloniale tijd. Je kunt er ook eten, maar dat vonden we toch net iets te chic voor ons. We sluiten de dag af zoals we begonnen zijn: met een heerlijke maaltijd en een adembenemend uitzicht over de canyon.

23 – 24 Jun :  Kubu Islands

Kubu Island ligt midden in een uitgestrekt gebied van aaneengeschakelde zoutpannen, die na de Salar de Uyuni in Bolivia, de grootste ter wereld zijn. We naderen het eiland via het noorden en volgen vooral de rand van de pannen. De route is op sommige stukken bijzonder stoffig, met veel fesh fesh: dat poederachtige zand dat zich overal in nestelt. Daarbovenop blaast een stevige wind het stof in het rond, waardoor we af en toe letterlijk onze eigen route niet meer zien.

Onderweg stoppen we bij een houtstapel langs de kant van de weg. Hier werkt het op vertrouwen: je neemt wat je nodig hebt en laat het geld achter in een spaarpotje. Een goed systeem dat perfect past bij de sfeer van deze afgelegen plek.

Na een rit van zo’n 90 kilometer bereiken we uiteindelijk Kubu Island. We zoeken een kampeerplek uit, zoveel mogelijk uit de wind, want het fijne stof van de pannen kruipt echt overal in. Gelukkig gaat de wind wat liggen zodra de zon ondergaat, en kunnen we genieten van een rustige avond bij het kampvuur.

Het wemelt hier ook van de kleine, kleurrijke vogeltjes. We improviseren een drinkbakje uit een PET-fles en al snel komen ze nieuwsgierig op het water af. Ze weten onze inspanning wel te waarderen en wij worden beloond met een paar prachtige fotomomenten.

De volgende dag wagen we ons dieper de zoutpannen in. Hoewel ze misschien niet zo spectaculair zijn als die van Uyuni, zijn ze absoluut de moeite waard. Wat vooral indruk maakt, is de immense uitgestrektheid. Zover je kunt kijken: een eindeloze witte vlakte onder een strakblauwe hemel.

25 Jun :  Rhino Sanctuary

De neushoorn was het enige dier op onze lijst dat we nog niet hadden kunnen afvinken. Daarom besloten we een bezoek te brengen aan het Rhino Sanctuary National Park, een relatief klein park van zo’n veertig vierkante kilometer, maar met een grote missie: het beschermen van de bedreigde neushoorn.

We komen er aan in de vroege namiddag en besluiten meteen een eerste poging te wagen. We missen wel ergens een afslag en belanden op een smal pad dat duidelijk niet bedoeld is voor bezoekers. Genoeg sporen van neushoorns, maar het padje is zo smal dat we ze hier toch liever niet zouden tegenkomen. Na een half uurtje prutsen, belanden we terug op de juiste track.

Gelukkig hoeven we deze keer geen drie dagen te zoeken, zoals bij de leeuwen. Na een uurtje spotten we al een groot mannetje en niet veel later daagt er nog een vrouwtje met een kleintje op, super 👍.

Het park wordt 24/7 bewaakt door militairen, en dat is helaas geen overbodige luxe. Stroperij blijft een groot probleem in de regio, en zonder deze bescherming zouden deze prachtige dieren hier waarschijnlijk niet meer rondlopen 😔.

26 Jun :  Zuid Afrika

Na ons bezoek aan het Rhino Sanctuary verlaten we Botswana en steken de grens over naar Zuid-Afrika. Het is behoorlijk druk aan de grensovergang, maar alles verloopt redelijk vlot. Alleen blijkt het brandhout op ons dak een probleem te zijn; dat mag niet mee over de grens. Jammer, maar de grensbeambte heeft er nu een gratis voorraadje bij. 😉

We hebben gereserveerd bij Moriti Bushcamp, net over de grens. Het domein is enorm, en via WhatsApp kregen we de toegangscode voor de poort. Na een korte rit van ongeveer een kilometer bereiken we de campsite, prachtig gelegen langs de Limpopo-rivier, die hier de natuurlijke grens vormt tussen Botswana en Zuid-Afrika.

We staan er helemaal alleen. De campsite is piekfijn in orde en verrassend ruim. We maken ook van de gelegenheid gebruik om nog wat kleren uit te wassen. We stoken onze “donkey” warm; een eenvoudige boiler op hout; zodat we ’s avonds nog kunnen genieten van een heerlijke warme douche.

27 Jun :  Marakale National Park

Laatste halte: rust en reflectie in Marakele

Onze laatste stop in Zuid-Afrika brengt ons naar het Marakele National Park, waar we een plekje hebben gereserveerd op de Bontle Campsite. Het park is niet bijzonder groot, maar dat stoort ons allerminst. Na weken vol indrukken, avonturen en ontmoetingen met wilde dieren, nemen we hier de tijd om alles wat te laten bezinken.

Jammer genoeg komt ook hier het moment van vertrek dichterbij. We ruimen onze trouwe HiLux op, pakken alles weer netjes in onze rugzakken en maken ons klaar voor de terugreis.

We hebben met volle teugen genoten; van de stoffige pistes tot de brullende leeuwen; van de uitgestrekte zoutvlaktes tot de donderende watervallen.

Komen we ooit nog terug? Wie weet. We zeggen dan wel tegen elkaar dat we het nu wel even gezien hebben, maar diep vanbinnen weten we: Afrika blijft trekken. Altijd.